(X)XL-bebouwing in het Flevolandse landschap
Kansen voor landschappelijke meerwaarde
20 juni 2022
Urban Synergy en Vereniging Deltametropool verkenden de opgave van grote data- en distributiecentra in Flevoland. Waar landen deze ontwikkelingen, waar juist niet, en hoe kunnen ze lokaal bijdragen aan een diverser, aantrekkelijk en bruikbaar landschap? Ons advies: "Pak het groots aan, want hoe meer geclusterd, des te hoger de meerwaarde die kan worden bereikt."
Flevoland stelt zich terecht de vraag hoe (X)XL- bedrijfsgebouwen (>20.000 m2) ingepast kunnen worden in het landschap. Het is momenteel een actuele opgave. De markt van (X)XL-bebouwing groeit snel. We zien dat de ruimte in Nederland die voor deze bedrijven (logistiek en data) het meest aantrekkelijk is, schaars wordt. Daardoor ontstaat een zogenaamd ‘waterbed-effect’ van de zuidelijke provincies richting onder andere Flevoland. De komst van deze grote gebouwen heeft een grote ruimtelijke impact, echter is daar nog weinig regie op. Het is dan ook niet gek dat bewoners en experts steeds vaker in het verweer komen tegen dergelijke ontwikkelingen. We zien dat overheden genoodzaakt zijn om hierover stelling te nemen en beleid te maken. Het Rijk is bijvoorbeeld bezig met het programma ‘Grip op Grootschalige Bedrijfsvestigingen’ en Provincie Noord-Brabant probeert via hogere eisen in nieuw beleid de (X)XL ontwikkelingen te sturen.
Meerwaarde als voorwaarde
In elke verstedelijkte regio staat het combineren van functies hoog op de agenda. De druk op de ruimte is groot. Programma’s zoals wonen, bedrijven, recreatie, klimaatadaptatie, biodiversiteit en duurzame energie vragen om ruimte. Daarnaast is er ook de wens om het beeld en de aantrekkelijkheid van het landschap als aantrekkelijk verblijfs- en vestigingsklimaat in stand te houden. Ook in Flevoland. Het lijkt dat daar nu nog voldoende ruimte is, maar juist de open polders zijn niet zomaar geschikt voor elke ontwikkeling. Een noodzaak dus om meerwaarde als voorwaarde te stellen bij het toestaan van (X)XL-ontwikkelingen.
Het stellen van randvoorwaarden om meerwaarde te geven aan de omgeving hoeft geen negatief effect te hebben op het vestigingsklimaat van de bedrijven. De beleidsontwikkeling in onder andere Brabant en Limburg laat zien dat het stimuleren van multifunctioneel ruimtegebruik gangbaar wordt. Wetenschappelijk onderzoek bevestigt dat de logistieke sector zelf wil voorsorteren op duurzamer ruimtegebruik, zolang er een gelijk speelveld wordt gecreëerd door de overheid.
Het onderzoek, gebaseerd op Flevolandse cases en (inter)nationale best practices, stelt een ruimtelijke strategie voor met drie stappen:
- Bepaal cluster-locaties
- Kies het juiste inpassingsmodel voor economie en leefomgeving
- Stel de juiste eisen: ambitie in plaats van uitverkoop (de eisen gaan o.a. over terreininrichting, overgangen naar de omgeving, en de gebouwen)
De cases betreffen typisch Flevolandse plekken a) langs de snelweg, b) in de stadsrandzone en c) nabij bestaand bos. We onderscheiden vier landschappelijke inpassingsmodellen:
- Robuust raamwerk
- Doorwaadbare plaats
- Tweedeling: inpassing in het bos
- Tweede maaiveld
“Pak het groots aan, want hoe meer geclusterd, des te hoger de meerwaarde die kan worden bereikt.”
Download hier het hele rapport (X)XL bebouwing in het Flevolandse landschap.
Tip: lees ook het white paper over logistieke meng- en stapelvormen van Stec/Denc, dat ongeveer in dezelfde periode tot stand kwam.